Psychiater verdiende bij nader inzien wel straf
- Menno Oosterhoff
- 28 jul 2023
- 2 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 30 okt 2024
Een juriste bij het Openbaar Ministerie wees me op onjuistheden in mijn blog over de berisping die een psychiater kreeg van het tuchtcollege. Ze had gelijk.
Allereerst kun je wél voor hetzelfde vervolgd worden, maar dan door verschillende rechtsvormen. Strafrecht en tuchtrecht. Die fout maakte ik, omdat ik tuchtrecht ervaar als strafrecht.
Mijn tweede fout is dat de psychiater volgens het tuchtrecht wél strafbaar was. Ik had gezegd dat de strafmaat (berisping) mij in de pen deed klimmen, maar dat was niet duidelijk genoeg. Wat ik bedoelde te zeggen is dat ze wellicht juridisch schuldig was volgens het tuchtrecht, maar dat ze als arts wel zorgvuldig had gehandeld. Toen huisarts Postma in 1971 haar moeder euthanasie verleende, kon de rechter ook niet anders dan oordelen dat ze de wet had overtreden. Maar hij gaf een symbolische straf van één week voorwaardelijk. Het signaal dat je dan geeft is: het mag eigenlijk niet, maar het is niet fout. Met een berisping geef je een heel ander signaal en daartegen heb ik bezwaar. Dat de psychiater de bocht probeerde af te snijden, vindt de tuchtrechter heel ernstig. De richtlijn niet helemaal naar de letter volgen, is een doodzonde. In het vonnis is te lezen dat een berisping eigenlijk nog heel mild is. Ik had het juister gevonden als de tuchtrechter de burgerlijke ongehoorzaamheid (mag ik het zo noemen?) had gewaardeerd, zoals destijds met mevrouw Postma.
Ik vond overigens de erkenning van de eerste klacht helemaal erg juridisch. De psychiater had misschien wel gelijk, maar dat was onvoldoende gedocumenteerd. Ja, op deze manier houd je de juridisering van de zorg wel in stand. Wat het tuchtcollege er verder over zegt, maakt het nog ingewikkelder om het advies van de second-opinionpsychiater niet te volgen. Is dat in het belang van de patiënt?
De voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie zegt over de uitspraak: ‘Het is goed dat dit soort instituten ons een kritische spiegel voorhouden wanneer we deze niet volgen en dat het tuchtcollege herbevestigt wat de richtlijn zegt.’
Ik wil aanvullen dat de richtlijn een prachtige paragraaf heeft over implementatie ervan. De betreffende psychiater is heel belangrijk in het opvangen van het feit, dat van de invoering daarvan nog weinig is terechtgekomen.
Wellicht heb ik nog een derde fout gemaakt: polarisatie. Er is veel moeite met het verlenen van euthanasie bij mensen met een psychische aandoening. Dat maak ik niet beter door dingen te veel op scherp te stellen. Ik had me wat genuanceerder kunnen uitdrukken.
Maar het standbeeld dat ze verdient voor haar bijdrage, daar blijf ik bij.
Comments