top of page

Ik dacht dat we een gezamelijk uitganspunt hadden; onnozel van me!

  • Menno Oosterhoff
  • 4 nov 2024
  • 3 minuten om te lezen

Euthanasie bij mensen met een psychische aandoening is complex, maar gelukkig hebben we de wet, de euthanasiecode, de richtlijn van de NVvP en de uitspraken van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE). Daarop en op uitgebreide ervaring en bestudering van euthanasie bij psychische aandoeningen heb ik mijn standpunt gebaseerd. Een solide basis zou je denken. Maar dat is onnozel geweest.


De afgelopen maanden blijkt dat er binnen mijn beroepsgroep veel meer weerstand is tegen de richtlijn en zelfs de wet en de RTE dan ik doorhad. Aan alle fundamenten wordt getornd. Er wordt gezegd dat de wet helemaal niet bedoeld was voor deze mensen, dat uitzichtloosheid niet vast te stellen is, of zelfs dat het nooit uitzichtloos is. Er worden vraagtekens gezet bij de wilsbekwaamheid, zeker bij jonge mensen. De betrouwbaarheid van de toetsing door de RTE wordt in twijfel getrokken. Kortom, alles waarvan ik dacht dat het een gezamenlijk uitgangspunt was, blijkt omstreden. En niet een beetje ook. Zoveel is de afgelopen tijd wel duidelijk geworden. Enerzijds zijn er mensen die vinden dat euthanasie veel te makkelijk wordt verleend. Anderzijds zijn er mensen die vinden dat patiënten nergens terechtkunnen om hun euthanasieverzoek te bespreken of pas na onmenselijk lang wachten.


In 2023 kregen 138 mensen euthanasie vanwege een psychische aandoening. Ik durf het haast niet te zeggen, maar ik vind dat niet verontrustend veel. Er zijn 400 duizend mensen met een ernstige, het leven ontwrichtende psychische aandoening. Elk jaar maken rond de 1900 mensen zelf een eind aan hun leven, waarvan bij 80 procent sprake is van een psychische aandoening. Er zijn vermoedelijk duizend tot tweeduizend mensen die bewust stoppen met eten en drinken. De helft daarvan werd afgewezen voor euthanasie. Het verlenen van euthanasie is aan allerlei eisen gebonden en wordt achteraf getoetst. Dat geldt niet voor het níét verlenen van euthanasie.


We kunnen in de psychiatrie niet om de dood heen. Maar er is dus een groot verschil in inzicht over hoe we ermee omgaan. Ik weet niet wat psychiaters over het geheel genomen vinden van euthanasie. Ik weet wel dat weinig psychiaters praktische ervaring hebben.


Ondertussen is er een initiatiefnota waarin de uitzichtloosheid in het algemeen en de wilsbekwaamheid bij jongeren ter discussie wordt gesteld. En de richtlijn zal worden herzien.


Hoe moet dit nu verder? Er wordt steeds gezegd dat het binnen de beroepsgroep besproken moet worden, maar hoe dan? Dat moet niet in de media, maar er is nergens een besloten forum of zoiets. Maar wat nog veel belangrijker is: het gaat niet alleen psychiaters aan, maar ook andere professionals, patiënten, hun naasten en de maatschappij in het algemeen. Het is van groot belang dat hun standpunt ook meegenomen wordt, bijvoorbeeld in de herziening van de richtlijn. Er zijn geluiden over het inperken van de mogelijkheid van euthanasie bij jeugdigen. Ik vraag me af of zoiets maatschappelijk draagvlak heeft. Want naast kritiek krijgen we ook veel steun. Ook zou het de kloof tussen de richtlijn en de euthanasiecode vergroten, want de code volgt de wet.


Mijn onnozele vertrouwen ben ik kwijt. Ik maak me zorgen over hoe het verdergaat. Het is van groot belang dat het debat weer terugkomt op een niveau van respectvol elkaars standpunten bespreken en dat polarisatie wordt teruggedrongen. De NVvP is hier wel mee bezig, maar tot nu toe vooral achter de schermen. Hopelijk komen ze snel met acties naar buiten.

Comments


bottom of page